Logo
🔍

Deuteronomium 16 VB

« De drie voorgeschreven feesten

1. "Denk erom dat jullie in de maand Abib het Pesach vieren voor jullie Heer God, want in de maand Abib heeft de Heer God jullie 's nachts uit Egypte weggeleid.

2. Het pesachoffer voor jullie Heer God, een schaap, geit of rund, moeten jullie slachten op de plaats die de Heer zal uitkiezen als woonplaats voor zijn naam.

3. Jullie mogen daarbij niets eten wat met zuurdesem is bereid. Zeven dagen lang moeten jullie ongezuurd brood eten – brood dat jullie aan de ellende herinnert – omdat jullie in grote haast uit Egypte vertrokken zijn. Zo moeten jullie je leven lang de dag van jullie vertrek uit Egypte gedenken.

4. Zeven dagen lang mag er in jullie hele land geen zuurdesem te vinden zijn. Van het vlees van het dier dat jullie op de avond van de eerste dag hebben geslacht, mag niets tot de volgende dag bewaard worden.

5. Jullie mogen het pesachlam niet slachten in de woonplaats die jullie Heer God je heeft gegeven,

6. maar jullie moeten het slachten op de plaats die jullie Heer God uitkiest als woonplaats voor zijn naam. Slacht het dier 's avonds, bij zonsondergang, het tijdstip dat jullie uit Egypte vertrokken.

7. Braad het en eet het op de plaats die jullie Heer God uitkiest. De volgende dag mogen jullie naar huis teruggaan.

8. Zes dagen moeten jullie ongezuurd brood eten. De zevende dag is een feestdag voor jullie Heer God. Die dag mogen jullie niet werken.

9. Vanaf de dag dat jullie de sikkel in het graan slaan, moeten jullie zeven weken aftellen.

10. Daarna moeten jullie het Wekenfeest vieren voor jullie Heer God. Daarop geven jullie een vrijwillige gave aan jullie Heer God, naar de mate waarin Hij jullie gezegend heeft.

11. Vier feest in de tegenwoordigheid van de Heer, samen met je zonen en dochters, je slaven en slavinnen. Nodig ook de Levieten, de vreemdelingen, de wezen en de weduwen uit die bij jullie wonen. Vier dit feest op de plaats die jullie Heer God uitkiest als woonplaats voor zijn naam.

12. Herdenk dat jullie slaven zijn geweest in Egypte. Houd je nauwkeurig aan deze voorschriften.

13. Wanneer de opbrengst van de dorsvloer en de wijnpers binnen is, moeten jullie zeven dagen lang het Loofhuttenfeest vieren.

14. Vier feest, samen met je zonen en dochters, je slaven en slavinnen. Nodig ook de Levieten, de vreemdelingen, de wezen en de weduwen uit die bij jullie wonen.

15. Zeven dagen moeten jullie feest vieren voor jullie Heer God, op de plaats die jullie Heer God zal uitkiezen. Omdat de Heer God jullie oogst en al het werk dat jullie verrichten zal zegenen, mogen jullie uitbundig feestvieren.

16. Drie keer per jaar moeten alle mannen onder jullie in de tegenwoordigheid van jullie Heer God verschijnen op de plaats die Hij zal uitkiezen: op het feest van de Ongezuurde broden, het Wekenfeest en het Loofhuttenfeest. Maar men mag niet met lege handen in de tegenwoordigheid van de Heer komen:

De rechters en beambten

17. ieder moet naar vermogen een gift meebrengen, naar de mate waarin de Heer God hem heeft gezegend."

18. "In alle woonplaatsen die jullie Heer God aan jullie stammen gaat geven, moeten jullie rechters en beambten aanstellen. Zij moeten rechtvaardig rechtspreken over het volk.

19. Jullie mogen het recht niet buigen, niet partijdig zijn en geen steekpenningen aannemen. Want steekpenningen maken het oog van de wijze blind en verdraaien de woorden van de rechtvaardige.

Inzake ontrouw aan God

20. Streef naar volkomen rechtvaardigheid. Dan zullen jullie leven en het land bezitten dat jullie Heer God aan jullie gaat geven.

21. Jullie mogen geen heilige paal, wat voor een dan ook, naast het altaar neerzetten dat jullie voor je Heer God zullen maken.

22. Ook mogen jullie geen godenbeeld neerzetten, want jullie Heer God haat dat."

»