Logo
🔍

Deuteronomium 25 VB

« Andere wetten (vervolg)

1. "Wanneer twee mannen een geschil hebben en naar de rechtbank gaan om over de zaak te laten oordelen, moet men de onschuldige vrijspreken en de schuldige veroordelen.

2. Als de schuldige stokslagen verdient, moet de rechter hem op de grond laten neerleggen en hem in zijn bijzijn het aantal stokslagen laten geven dat past bij zijn misdrijf.

3. Hooguit 40 stokslagen mag hij hem laten geven, niet meer, want als hij hem nog meer slagen zou laten geven, zou je volksgenoot voor je ogen te diep vernederd worden.

4. Je mag een os die aan het dorsen is niet muilkorven.

5. Wanneer twee broers dicht bij elkaar wonen en de een sterft zonder dat hij een zoon heeft gekregen, mag de vrouw van de overledene niet trouwen met een man van buiten de familie. De broer van haar man moet met haar gemeenschap hebben en haar tot vrouw nemen en zo zijn zwagerplicht vervullen.

6. Haar eerste zoon zal op naam komen van de gestorven broer, zodat diens naam niet uit Israël zal verdwijnen.

7. Maar als deze man niet met de vrouw van zijn broer wil trouwen, moet de vrouw naar de oudsten in de stadspoort gaan en tegen hen zeggen: 'De broer van mijn man weigert de naam van zijn broer in stand te houden in Israël. Hij weigert om aan mij zijn zwagerplicht te vervullen.'

8. Dan moeten de oudsten van de stad hem roepen en met hem praten. Als hij er bij blijft en zegt: 'Ik wil niet met haar trouwen,'

9. moet de vrouw van zijn broer ten overstaan van de leiders naar hem toe gaan, zijn schoen van zijn voet trekken, hem in het gezicht spugen en zeggen: 'Dit verdient de man die weigert de familie van zijn broer in stand te houden.'

10. En voortaan zal zijn familie in Israël bekendstaan als de familie Zonderschoen.

11. Wanneer twee mannen met elkaar vechten en de vrouw van de een komt haar man te hulp door de andere man in zijn kruis te grijpen,

12. moeten jullie haar hand afhakken. Jullie mogen haar niet ontzien.

13. Jullie mogen geen twee verschillende gewichten in je buidel hebben: een dat te zwaar en een dat te licht is.

14. Jullie mogen geen twee verschillende efa's in huis hebben: een die te groot en een die te klein is.

15. Jullie moeten een zuiver, geijkt gewicht en een zuivere, geijkte efa gebruiken. Dan zullen jullie lang leven in het land dat je Heer God aan jullie geeft.

16. Want jullie Heer God verafschuwt wie zulke dingen doet, ja, Hij verafschuwt ieder mens die onrecht doet.

17. Onthoud wat Amalek jullie onderweg heeft aangedaan, toen jullie uit Egypte wegtrokken:

18. toen jullie moe en uitgeput waren, overviel Amalek de zwakken in jullie achterhoede en doodde hen – geen enkel ontzag voor God had hij.

19. Wanneer de Heer God jullie straks rust heeft gegeven van alle vijanden om jullie heen, in het land dat jullie Heer God aan jullie in bezit gaat geven, moeten jullie elke herinnering aan Amalek van onder de hemel wegvagen. Vergeet dat niet."

»