Logo
🔍

Ester 7 VB

« Ester onthult Hamans plannen

1. Toen de koning met Haman op het feestmaal van koningin Ester gekomen was,

2. zei de koning ook op deze tweede dag tegen Ester bij het drinken van de wijn: "Wat is je verzoek, koningin Ester? Het zal gebeuren. Wat is je wens? Het zal je gegeven worden, al was het de helft van het koninkrijk."

3. Toen antwoordde koningin Ester: "Als de koning mij genadig wil zijn en het de koning goeddunkt, red dan mijn leven, dat is mijn verzoek, en het leven van mijn volk, dat is mijn wens!

4. Want ik en mijn volk zijn verkocht om vernietigd, gedood en uitgeroeid te worden. Als we verkocht zouden worden als slaven en slavinnen, zou ik gezwegen hebben, maar dít is een ramp die een onherstelbare schade voor de koning betekent."

5. Daarop zei koning Ahasveros tegen koningin Ester: "Wie heeft zoiets durven bedenken? Waar is hij?"

6. Ester antwoordde: "Die man, die tegenstander en vijand, is deze schurk Haman!" De angst sloeg Haman om het hart daar bij de koning en de koningin.

7. De koning stond woedend op van het drinken van de wijn en liep de paleistuin in. Haman bleef staan om bij de koningin om zijn leven te smeken, want hij zag wel dat het al vaststond bij de koning dat hij van hem alleen onheil te verwachten had.

8. Toen de koning terugkwam uit de paleistuin en de zaal in liep waar ze wijn hadden zitten drinken, had Haman zich laten neervallen op de rustbank waarop Ester lag. De koning riep uit: "Durft hij ook nog de koningin in mijn eigen paleis en in mijn bijzijn aan te randen?" Op die woorden blinddoekte men Haman.

9. Harbona, een van de persoonlijke hofdienaren van de koning, zei tegen de koning: "Er staat bij Hamans huis een paal van 50 el hoog, die Haman heeft laten neerzetten voor Mordechai, die nog wel voor het welzijn van de koning heeft gezorgd!" Daarop zei de koning: "Hang hem daaraan op!"

10. En ze hingen Haman op aan de paal die hij voor Mordechai had laten neerzetten. Toen bedaarde de woede van de koning.

»