Logo
🔍

Galaten 1 VB

Inleiding

1. Van Paulus, een apostel – niet aangesteld vanwege mensen of door een mens, maar door Jezus Christus en God de Vader, die Hem uit de dood heeft opgewekt –

2. en van alle broeders en zusters die hier bij mij zijn, aan de gemeenten in Galatië.

3. Genade en vrede zij jullie van God de Vader en onze Heer Jezus Christus,

4. die Zichzelf heeft gegeven voor onze zonden. Hij deed dat om ons te redden van de tegenwoordige, door het kwaad beheerste wereld, overeenkomstig de wil van onze God en Vader,

Er is maar één goed nieuws

5. aan wie alle eer toekomt, in alle eeuwigheid! Amen!

6. Het verbaast mij dat jullie je al zo snel hebben afgekeerd van Hem die jullie door de genade van Christus heeft geroepen, en dat jullie je tot ander goed nieuws hebben gewend.

7. Er ís geen ander goed nieuws, maar er zijn mensen die jullie in verwarring brengen en die het goede nieuws van Christus willen verdraaien.

8. Maar zelfs als wij of een engel uit de hemel jullie goed nieuws zouden brengen dat afwijkt van het goede nieuws dat wij jullie hebben bekendgemaakt – vervloekt is hij!

9. Ik heb dit al eerder gezegd en ik zeg het opnieuw: als iemand jullie goed nieuws verkondigt dat afwijkt van het goede nieuws dat jullie al hebben ontvangen – vervloekt is hij!

10. Zoek ik nu de goedkeuring van mensen, of van God? Ben ik uit op de waardering van mensen? Als ik de waardering van mensen zocht, zou ik geen dienaar van Christus zijn.

11. Maar ik verzeker jullie, broeders en zusters, dat het goede nieuws dat ik verkondigd heb niet van mensen afkomstig is.

Hoe Paulus werd geroepen

12. Ik heb het niet van een mens gekregen of van een mens geleerd, maar het is mij geopenbaard door Jezus Christus.

13. Jullie weten immers van mijn vroegere leven, toen ik nog overeenkomstig het Joodse geloof leefde, dat ik de gemeente van God bijzonder fel vervolgde en geprobeerd heb die uit te roeien.#1:13 zie Hnd 8:1,3 | Hnd 9:1-9

14. Ik bracht het verder in het Joodse geloof dan vele van mijn leeftijdgenoten van mijn volk, in mijn grenzeloze ijver voor de tradities van mijn voorouders.

15. Maar toen ik nog in de moederschoot was, had God reeds besloten mij door zijn genade af te zonderen en mij te roepen

16. om zijn Zoon in mij te openbaren, opdat ik Hem onder de andere volken zou bekendmaken. Ik heb geen mens om raad gevraagd,

17. ik ben ook niet teruggereisd naar Jeruzalem, naar degenen die eerder apostel waren dan ik, maar ik ben naar Arabië vertrokken en later naar Damaskus teruggekeerd.

18. Pas drie jaar later kwam ik in Jeruzalem om Petrus te bezoeken en ik ben twee weken bij hem gebleven.

19. De enige andere apostel die ik toen ontmoet heb, was Jakobus, de broer van de Heer.

20. Ik verklaar ten overstaan van God dat wat ik jullie hier schrijf niet gelogen is.

21. Daarna ben ik naar de streken van Syrië en Cilicië gegaan.

22. Nog steeds had niemand van de gemeenten van Christus in Judea mij ooit persoonlijk ontmoet. Alleen hoorden ze steeds weer zeggen:

23. "Degene die ons vroeger vervolgde, verkondigt nu het geloof dat hij eerst probeerde uit te roeien!"

24. En ze maakten God groot om mij.

»