Logo
🔍

Jakobus 2 VB

« Voor God zijn alle mensen gelijk

1. Mijn broeders en zusters, bij het geloof in onze Heer Jezus Christus, de Heer van de heerlijkheid, past het niet om onderscheid te maken tussen mensen.

2. Stel dat er in jullie bijeenkomst een man binnenkomt met een gouden ring aan zijn vinger en duur gekleed, en ook een arme man in armoedige kleding,

3. en je zou opzien tegen de rijkgeklede man en tegen hem zeggen: "Gaat u hier maar zitten, op deze goede plaats," maar tegen de arme: "Ga jij daar maar staan," of: "Ga jij maar hier naast mijn voetenbank op de grond zitten,"

4. dan maak je toch onderscheid? Dan heb je je toch opgesteld als een rechter die zich door verkeerde motieven laat leiden?

5. Luister, mijn geliefde broeders en zusters! Heeft God niet de armen van deze wereld uitgekozen om rijk te zijn in het geloof en deel te krijgen aan het Koninkrijk dat Hij belooft aan degenen die Hem liefhebben?

6. Maar jullie hebben de armen vernederd! En zijn het niet juist de rijken die jullie onderdrukken en voor de rechter slepen?

7. Zijn zij het niet die de goede naam belasteren waaraan jullie verbonden zijn?

8. Als je dus de Koninklijke Wet naleeft zoals die in de Schrift staat: "Je moet je naaste liefhebben als jezelf," dan doe je het goed.

9. Maar als je onderscheid maakt tussen mensen, zondig je en word je door de Wet als overtreder bestempeld.

10. Want wie zich aan de hele Wet houdt, maar op één punt struikelt, is schuldig ten opzichte van de hele Wet.

11. Immers, Hij die gezegd heeft: "Jullie mogen geen overspel plegen," heeft ook gezegd: "Jullie mogen niemand vermoorden." Als je geen overspel pleegt, maar wel een moord begaat, ben je toch een wetsovertreder geworden.

12. Spreek en leef dan zoals past bij iemand die door de 'Wet die vrijmaakt'

25.

26. Zoals een lichaam zonder geest dood is, zo is geloof zonder daden dood.

»