Logo
🔍

Jona 2 EBV24

« Jona in de vis

1. De HEERE had een grote vis uitgekozen om Jona op te slokken en Jona was drie dagen en drie nachten in de ingewanden van de vis.

2. Jona bad tot de HEERE, zijn GOD, vanuit de ingewanden van de vis.

3. Hij zei: “Uit mijn benauwdheid riep ik tot de HEERE en Hij antwoordde mij. Vanuit de schoot van het dodenrijk riep ik het uit en U hoorde mijn stem.

4. Want U had mij in de diepte, in het hart van de zeeën geworpen, een waterstroom omgaf mij. Al uw bruisende wateren en uw golven gingen over mij heen.

5. Ik zei: ‘Ik ben verstoten van voor uw ogen, och, mocht ik toch weer uw heilige Tempel aanschouwen.’

6. Tot op mijn ziel toe hadden de wateren mij in hun greep, de bruisende wateren omringden mij, zeewier zat aan mijn hoofd vastgeplakt.

7. Ik was neergedaald tot op de fundamenten van de bergen, de grendels van de aarde waren achter mij voor eeuwig gesloten, maar U heeft mijn leven uit het watergraf opgetrokken, o HEERE, mijn GOD!

8. Toen mijn ziel in mij bezweek, dacht ik aan de HEERE en mijn gebed kwam tot U, in uw heilige Tempel.

9. Zij die het van bedrieglijke, vergankelijke afgoden verwachten, verlaten het pad van hun liefdevolle trouw.

10. Maar ik zal met een stem vol dank offers aan U brengen. Wat ik beloofd heb, zal ik nakomen. De redding is van de HEERE.”

11. Toen sprak de HEERE tot de vis en die spuwde Jona uit op het droge.

»