Logo
🔍

Judas 1 VB

Inleiding

1. Van Judas, een dienaar van Jezus Christus en een broer van Jakobus; aan hen die zijn geroepen en geheiligd door God de Vader en bewaard door Jezus Christus.

Waarschuwing tegen bedriegers

2. Barmhartigheid, vrede en liefde zij jullie, in overvloed.

3. Geliefde broeders en zusters, ik had het vaste voornemen jullie te schrijven over de redding van ons allen. Ik zie mij echter genoodzaakt jullie vooral op het hart te drukken dat jullie ervoor moeten strijden het geloof te bewaren zoals dat voor eens en altijd aan de heiligen is overgeleverd.

4. Er zijn namelijk zekere mensen de gemeente binnengeslopen – maar het oordeel over hen is al lang geleden opgeschreven – goddelozen, die de genade van onze God misbruiken als voorwendsel voor losbandigheid en die de enige Heerser, God, en onze Heer Jezus Christus verloochenen.

5. Maar ik wil jullie eraan herinneren – hoewel jullie dit al weten – dat de Heer, nadat Hij het volk uit Egypte had gered, degenen die niet geloofden heeft omgebracht.

6. En de engelen die hun oorspronkelijke positie ontrouw werden en de plaats waar ze verbleven, verlieten, heeft Hij in eeuwige gevangenschap in de duisternis bewaard tot het oordeel van de grote dag.

7. Hetzelfde geldt voor Sodom en Gomorra#1:7 zie Gen 3:13 | Gen 19:15,24,25 met de omliggende steden, die op dezelfde wijze als die engelen#1:7 zie Gen 6:1-2 ontucht bedreven, door schepsels met een andere natuur achterna te gaan. Hun veroordeling tot het eeuwige vuur dient tot afschrikwekkend voorbeeld.

8. Toch durven die zogenaamde zieners, zich beroepend op dromen, hetzelfde te doen: ze verontreinigen hun lichaam, verachten de heerschappij [van de Heer] en belasteren de hemelse machten.

9. Maar zelfs de aartsengel Michaël waagde het niet de duivel te beschuldigen en te veroordelen toen hij met hem twistte over het lichaam van Mozes, maar zei: "De Heer zal je straffen!"

10. Maar deze mensen belasteren dingen die ze niet begrijpen, en wat zij net als redeloze dieren instinctief wél kunnen begrijpen, wordt hun ondergang.#1:10 vgl 2 Petr 2:12

11. Wee hun, want ze zijn dezelfde weg ingeslagen als Kaïn,#1:11 zie Gen 4:1-8 en net als Bileam zijn ze gezwicht voor de verleiding achter het geld aan te gaan,#1:11 zie Num 22 | Num 31:8 en net als bij Korach wordt hun rebellie hun ondergang.#1:11 zie Num 16:1-35

12. Een schandvlek op jullie liefdemaaltijden zijn ze; zelfzuchtig en schaamteloos doen ze zich te goed. Ze zijn wolken die geen water geven, weggeblazen door de wind; bomen die in de herfst geen vrucht dragen, tweemaal dood, geheel ontworteld;

13. onstuimige golven in zee die hun eigen schande opschuimen; dwaalsterren die de eeuwige duisternis te wachten staat.

14. Over hen profeteerde Henoch, de zevende vanaf Adam, toen hij zei: "Zie, de Heer is gekomen met zijn tienduizenden heiligen,

15. om over allen te oordelen en alle goddelozen onder hen te straffen voor al hun goddeloze daden die zij in hun goddeloosheid hebben begaan en voor alle harde woorden die deze goddeloze zondaars tegen Hem hebben geuit."

Aanmoediging van de gelovigen

16. Het zijn opstandige mopperaars, klagend over alles wat hun overkomt; ze laten zich leiden door hun verlangens; uit hun mond komt niets dan grootspraak; met vleierij proberen ze voordeel te behalen.

17. Maar jullie, geliefde broeders en zusters, denk aan wat de apostelen van onze Heer Jezus Christus voorzegd hebben,

18. want zij zeiden jullie al dat er aan het eind van de tijd spotters zullen komen die zich laten leiden door hun goddeloze verlangens.

19. Zij zijn het die verdeeldheid zaaien en die vanuit hun natuurlijke aard leven, omdat ze de Geest niet hebben.

20. Maar jullie, geliefde broeders en zusters, bouw jezelf op in jullie allerheiligst geloof, door te bidden in de Heilige Geest.

21. Blijf in Gods liefde, blijf uitzien naar de barmhartigheid van onze Heer Jezus Christus die jullie het eeuwige leven schenkt.

22. Ontferm je over wie twijfelen en maak voor hen het verschil uit.

23. Red anderen met grote voorzichtigheid: ruk hen uit het vuur, ook al verafschuwen jullie zelfs hun kleren die door hun wandaden zijn besmeurd.

24. Aan Hem die bij machte is jullie voor struikelen te behoeden en jullie vol blijdschap smetteloos voor Zich te plaatsen in zijn heerlijkheid,

25. aan Hem, de enige, wijze God, onze Redder, komt alle eer, majesteit, macht en gezag toe, nu en tot in alle eeuwigheid! Amen.