Logo
🔍

Numeri 28 VB

« Het dagelijkse offer

1. De Heer zei tegen Mozes:

2. "Beveel de Israëlieten: Offer op de aangegeven tijdstippen mijn offers, mijn voedsel voor mijn vuuroffers, die een aangename geur voor Mij zijn.

3. Zeg tegen hen: Dit is het vuuroffer dat jullie aan de Heer moeten brengen: dagelijks twee volmaakte, eenjarige schapen als dagelijks brandoffer.

4. Het ene schaap moet 's morgens bereid worden, het andere schaap tegen de avond,

5. met daarbij een meeloffer van 1/10 efa fijn meel, vermengd met ¼ hin gestoten olijfolie.

6. Het is het dagelijks brandoffer dat op de berg Sinaï is ingesteld, een vuuroffer, een aangename geur voor de Heer.

7. Het bijbehorende wijnoffer is ¼ hin wijn per schaap. Dat wijnoffer moet in het heiligdom aan de Heer worden geofferd.

8. Het andere schaap moeten jullie tegen de avond offeren, met daarbij eenzelfde meeloffer en wijnoffer als bij het ochtendoffer. Het is een vuuroffer, een aangename geur voor de Heer.

9. Op de sabbatsdag moeten jullie twee volmaakte, eenjarige schapen offeren, met daarbij een meeloffer van 2/10 efa fijn meel vermengd met olie en het bijbehorende wijnoffer.

De feestoffers

10. Dit is het brandoffer van de sabbat, dat elke sabbat gebracht moet worden, naast het dagelijkse brandoffer en het daarbij behorende wijnoffer.

11. Op de eerste dag van elke maand moeten jullie de Heer een brandoffer brengen van twee jonge stieren, één ram en zeven eenjarige schapen, volmaakte dieren,

12. en per stier een meeloffer van 3/10 efa fijn meel vermengd met olie, bij de ram een meeloffer van 2/10 efa fijn meel vermengd met olie,

13. en per schaap een meeloffer van 1/10 efa fijn meel vermengd met olie. Zo is dit brandoffer, een vuuroffer, een aangename geur voor de Heer.

14. De bijbehorende wijnoffers zijn ½ hin per stier, ⅓ hin bij de ram en ¼ hin wijn per schaap. Dit is het brandoffer dat elke maand van het jaar gebracht moet worden.

15. Verder moet er één geitenbok als zondeoffer aan de Heer geofferd worden, met het bijbehorende wijnoffer. Dit alles wordt geofferd naast het dagelijkse brandoffer.

16. Op de 14e dag van de eerste maand is het Pesach voor de Heer.

17. Op de 15e dag van die maand is het feest. Zeven dagen lang moeten er ongezuurde broden worden gegeten.

18. Op de eerste dag moet er een heilige bijeenkomst gehouden worden. Die dag mogen jullie niet werken.

19. Jullie moeten de Heer als vuuroffer een brandoffer brengen van twee jonge stieren, één ram en zeven eenjarige schapen, volmaakte dieren,

20. met het bijbehorende meeloffer van fijn meel vermengd met olie: 3/10 efa per stier, 2/10 efa bij de ram

21. en 1/10 efa bij elk van de zeven schapen.

22. Verder één bok als zondeoffer, om verzoening voor jullie te doen.

23. Dit alles moet geofferd worden naast het ochtendoffer van het dagelijkse brandoffer.

24. Zo moeten jullie zeven dagen lang het voedsel voor de vuuroffers brengen, als een aangename geur voor de Heer, naast het dagelijkse brandoffer en het daarbij behorende wijnoffer.

25. Op de zevende dag moeten jullie weer een heilige bijeenkomst houden. Die dag mogen jullie niet werken.

26. Ook op de dag van de eerstelingen, wanneer jullie aan de Heer een meeloffer brengen van de nieuwe oogst, op het Wekenfeest, moeten jullie een heilige bijeenkomst houden. Die dag mogen jullie niet werken.

27. Jullie moeten een brandoffer brengen van twee jonge stieren, één ram en zeven eenjarige schapen, als een aangename geur voor de Heer,

28. met het bijbehorende meeloffer van fijn meel vermengd met olie: 3/10 efa per stier, 2/10 efa bij de ram

29. en 1/10 efa bij elk van de zeven schapen.

30. Verder één geitenbok om verzoening voor jullie te doen.

31. Dit alles wordt geofferd naast het dagelijkse brandoffer en het daarbij behorende meeloffer. Alle dieren moeten volmaakt zijn. Ook moeten jullie de bijbehorende wijnoffers brengen.

»