Logo
🔍

Spreuken 16 EBV24

«

1. De mens heeft overleggingen in zijn hart, maar het antwoord van de tong is van de HEERE.

2. Alle wegen van een man zijn zuiver in zijn eigen ogen. maar de HEERE toetst de geesten.

3. Wentel je werken op de HEERE, dan zullen je plannen bevestigd worden.

4. De HEERE heeft alles gemaakt met zijn eigen doel, zelfs de boosdoener voor de dag van het kwaad.

5. Ieder die hooghartig is, is een gruwel voor de HEERE, de hand erop, hij zal niet onschuldig geacht worden.

6. Door liefdevolle vriendschap en trouw wordt onrecht verzoend, en door vrees voor de HEERE mijdt men het kwaad.

7. Als de wegen van een man de HEERE bevallen, zal Hij ook zijn vijanden vrede met hem doen sluiten.

8. Beter is een weinig met gerechtigheid, dan veel inkomsten zonder recht.

9. Het hart van een mens overdenkt zijn weg, maar de HEERE bestuurt zijn schreden.

10. Het beslissende oordeel is op de lippen van de koning, zijn mond zal niet overtreden bij de rechtspraak.

11. Een juiste waag en weegschalen zijn van de HEERE, alle weegstenen in de buidel zijn zijn werk.

12. Het is een gruwel voor koningen om kwaad te doen, want door gerechtigheid wordt de troon bevestigd.

13. Lippen vol gerechtigheid behagen koningen, wie oprecht spreekt, heeft hij lief.

14. De woede van een koning is als doodsengelen, maar een wijze man zal die doen bedaren.

15. In het licht van het gelaat van de koning is leven, zijn welgevallen is als een wolk met late regen.

16. Hoeveel beter is het om wijsheid te verwerven dan glinsterend goud, hoeveel meer is het verkrijgen van inzicht te verkiezen boven zilver!

17. Verheven weg van oprechten ontwijkt het kwaad. Wie op zijn weg let, waakt over zijn ziel.

18. Trots gaat aan gebrokenheid vooraf, en hoogmoed komt vóór de val.

19. Het is beter zachtmoedig van geest te zijn met verdrukten, dan roof te delen met hoogmoedigen.

20. Wie een zaak goed overdenkt, zal het goede vinden, wie op de HEERE vertrouwt, is gelukkig.

21. Wie wijs van hart is, zal verstandig genoemd worden en zoetheid van lippen zal het begrip doen toenemen.

22. Het verstand is voor zijn bezitter een bron van leven, maar de vermaning van dwazen is dwaasheid.

23. Het hart van een wijze maakt zijn mond verstandig, van zijn lippen zal men meer aannemen.

24. Lieflijke woorden zijn als een honingraat, zij zijn zoet voor de ziel en genezing voor het gebeente.

25. Soms schijnt een weg iemand recht, maar het einde ervan zijn wegen die leiden naar naar de dood.

26. De honger van een arbeider werkt voor hem, want zijn mond spoort hem aan.

27. Een man van niets graaft kwaad op, op zijn lippen brandt het als een verzengend vuur.

28. Een man vol draaierijen veroorzaakt ruzie, een roddelaar brengt scheiding tussen de beste vrienden.

29. Een gewelddadig man misleidt zijn naaste hij leidt hem op een weg die niet goed is.

30. Hij sluit zijn ogen om allerlei bedrog uit te denken, hij knijpt zijn lippen samen, zie het kwaad is al uitgevoerd.

31. Grijsheid is een sierlijke kroon, zij is te vinden op de weg van gerechtigheid.

32. Wie erg geduldig is, is beter dan wie geweldig sterk is, wie zijn geest beheerst, is beter dan wie een stad inneemt.

33. Het lot wordt in de schoot geworpen, maar elke beslissing komt van de HEERE.

»