Logo
🔍

Spreuken 18 EBV24

«

1. Wie zich afzondert, zoekt zijn eigen begeerte, hij barst in woede uit tegen iedere mogelijke oplossing.

2. Een dwaas is niet gesteld op inzicht, maar alleen op het blootgeven van zijn eigen hart.

3. Wanneer een boosdoener binnenkomt, komt er ook verachting, en met schande komt er ook nog hoon.

4. De woorden uit de mond van een man zijn diepe wateren, een stromende beek, een bron van wijsheid.

5. Het is niet juist om de boosdoener te bevoordelen om zo de rechtvaardige bij de rechtspraak af te wijzen.

6. De lippen van een dwaas maken dat hij in onenigheid terecht komt, zijn mond roept om stokslagen.

7. De mond van de dwaas is zijn ondergang, zijn lippen zijn een valstrik voor zijn ziel.

8. De woorden van roddelaars zijn als lekkernijen, zij dalen af in de binnenkamers van de buik.

9. Wie traag is in zijn werk, is de broer van de baas van de verwoester.

10. De Naam van de HEERE is een sterke toren, de rechtvaardige rent erheen en is veilig.

11. Het bezit van de rijke is zijn sterke stad, het is als een onneembare hoge muur in zijn verbeelding.

12. Voordat het verbroken wordt, verheft zich het hart van de mens maar nederigheid gaat vooraf aan de eer.

13. Wie weerwoord geeft voordat hij heeft geluisterd, het is hem tot dwaasheid en schande.

14. De geest van een man staat hem bij in zijn ziekte, maar een neerslachtige geest, wie zal die opbeuren?

15. Het hart van de verstandige verwerft kennis, het oor van de wijzen zoekt kennis.

16. Het geschenk van een mens maakt ruimte voor hem, het brengt hem in de tegenwoordigheid van de groten.

17. Wie de eerste is in zijn rechtszaak lijkt rechtvaardig, maar dan komt zijn naaste en ondervraagt hem.

18. Het lot doet geschillen ophouden, het maakt scheiding tussen machtigen.

19. Een broeder die onrecht is aangedaan, is ontoegankelijker dan een sterke stad, geschillen zijn als een grendel van een paleis.

20. Door de vrucht van de mond van een man zal zijn buik verzadigd worden, hij zal verzadigd worden door de opbrengst van zijn lippen.

21. Dood en leven liggen in de macht van de tong, wie haar liefheeft, zal haar vrucht eten.

22. Wie een vrouw gevonden heeft, heeft iets goeds gevonden, en de gunst van de HEERE verkregen.

23. De arme spreekt smekend, maar de rijke geeft harde antwoorden.

24. Een man die veel vrienden heeft, komt in moeilijkheden, maar soms hecht een vriend zich meer aan je dan een broer.

»