Psalmen 110 EBV24
1. Een psalm van David. De HEERE spreekt tot mijn Heer: Zet Je aan mijn rechterhand, totdat Ik je vijanden gemaakt heb tot een voetbank voor je voeten.
2. De HEERE zal de scepter van je macht vanuit Sion uitzenden, Heers te midden van je vijanden.
3. Je volk zal gewillig zijn op de dag van je macht, in heilige glans uit de schoot van de dageraad, zo zal de dauw van je pasgeborenen voor Je zijn.
4. De HEERE heeft gezworen en Hij zal er geen berouw van hebben: Jij bent Priester tot in eeuwigheid, naar mijn verordening, zoals Melchizedek.
5. De Heer is aan je rechterhand. Hij zal koningen verpletteren op de dag van zijn toorn.
6. Hij zal onder de volken oordelen, het wordt vol met lijken, Hij zal het hoofd over een groot land vermorzelen.
7. Hij zal onderweg uit de beek drinken, daarom zal Hij het hoofd opheffen.