Psalmen 136 NLD1939
1. Halleluja! Looft Jahweh, want Hij is goed: Zijn genade duurt eeuwig!
2. Looft den God der goden: Zijn genade duurt eeuwig!
3. Looft den Heer der heren: Zijn genade duurt eeuwig!
4. Die grote wonderen doet, Hij alleen: Zijn genade duurt eeuwig!
5. Die met wijsheid de hemelen schiep: Zijn genade duurt eeuwig!
6. De aarde op de wateren legde: Zijn genade duurt eeuwig!
7. De grote lichten heeft gemaakt: Zijn genade duurt eeuwig!
8. De zon, om over de dag te heersen: Zijn genade duurt eeuwig!
9. Maan en sterren, om te heersen over de nacht: Zijn genade duurt eeuwig!
10. Die Egypte in zijn eerstgeborenen sloeg: Zijn genade duurt eeuwig!
11. En Israël uit zijn midden voerde: Zijn genade duurt eeuwig!
12. Met sterke hand, en vaste arm: Zijn genade duurt eeuwig!
13. Die de Rode Zee in tweeën kliefde: Zijn genade duurt eeuwig!
14. Israël erdoor deed gaan: Zijn genade duurt eeuwig!
15. Maar Farao in de Rode Zee heeft gestort met zijn heir: Zijn genade duurt eeuwig!
16. Die zijn volk door de woestijn heeft geleid: Zijn genade duurt eeuwig!
17. Machtige vorsten versloeg: Zijn genade duurt eeuwig!
18. Beroemde koningen doodde: Zijn genade duurt eeuwig!
19. Sichon, den vorst der Amorieten: Zijn genade duurt eeuwig!
20. Og, den koning van Basjan: Zijn genade duurt eeuwig! En alle vorsten van Kanaän: Zijn genade duurt eeuwig!
21. Die hun land ten erfdeel gaf: Zijn genade duurt eeuwig!
22. Tot bezit aan Israël; zijn dienaar: Zijn genade duurt eeuwig!
23. Die in onze vernedering ons gedacht: Zijn genade duurt eeuwig!
24. En ons van onzen vijand verloste: Zijn genade duurt eeuwig!
25. Die voedsel geeft aan al wat leeft: Zijn genade duurt eeuwig!
26. Looft den God der hemelen: Zijn genade duurt eeuwig!