Logo
🔍

Psalmen 42 EBV24

« HET TWEEDE BOEK - PSALM 42-71

1. Voor de koorleider. Een overdenking van de zonen van Korach.

2. Zoals een hert verlangt naar waterstromen, zo verlangt mijn ziel naar U, o GOD.

3. Mijn ziel is dorstig naar GOD, naar de levende God. Wanneer zal ik naar binnengaan en voor GODs aangezicht verschijnen?

4. Mijn tranen waren mij dag en nacht tot voedsel, toen zij de hele dag tegen mij zeiden: Waar is je GOD?”

5. Hieraan moet ik denken en ik stort mijn ziel in mijzelf uit, want ik was gewoon in een dichte stoet op te trekken, terwijl ik met hen voortschreed tot aan het Huis van GOD, met luid gejuich en met dank, een feestvierende menigte.

6. O mijn ziel, wat ben je toch terneergedrukt en onrustig in mij! Verwacht het van GOD, want Hem zal ik toch blijven danken voor de uitreddingen van de engel van zijn aangezicht.

7. O mijn GOD, mijn ziel is zo terneergedrukt in mij. Daarom denk ik aan U vanuit het land van de Jordaan, en vanuit de bergen van de Hermon, vanuit het gebergte Mitzar.

8. De ene bruisende vloed roept tot de andere bruisende vloed, bij het gedruis van uw waterstromen, al uw baren en uw golven zijn over mij heengegaan.

9. Mag de HEERE overdag zijn liefdevolle trouw ontbieden, en mag ’s nachts een lied bij mij zijn, een gebed tot de God van mijn leven.

10. Ik zal tegen God zeggen: “Mijn Rots bent U, waarom vergeet U mij? Waarom ga ik gekleed in het zwart vanwege de onderdrukking van de vijand?”

11. Zij die mij benauwen honen mij met een doodsteek in mijn beenderen, terwijl zij tegen mij zeggen: “Waar is je GOD?”

12. O mijn ziel, wat ben je toch terneergedrukt en ga je tekeer in mij? Verwacht het van GOD, want Hem zal ik toch blijven danken voor de uitreddingen van de engel van zijn aangezicht, Hij is mijn GOD.

»