Logo
🔍

Psalmen 58 BB

« Psalm 58

1. Voor de leider van het koor. Een prachtig lied van David, op de wijs van: 'Dood mij niet'.

2. Koningen en heersers, zijn jullie wel rechtvaardig? Spreken jullie inderdaad recht?

3. Nee! Jullie zijn juist kwaad van plan. Jullie doen allerlei slechte dingen.

4. Mensen die zich niets van God aantrekken, zijn al vanaf hun geboorte ontrouw aan God. Ze liegen vanaf de dag dat ze zijn geboren.

5. Hun slechtheid is als slangengif. Ze zijn zo doof voor God als een slang

6. die niet wil luisteren naar de slangenbezweerder, al speelt deze nog zo goed op zijn fluit.

7. Ze zijn zo gevaarlijk als leeuwen. God, maak hen machteloos! Zorg dat ze niets meer kunnen doen met hun klauwen en hun tanden!

8. Laat hen helemaal verdwijnen, zoals water dat wegzakt in de grond. En als ze op me willen schieten, breek dan hun pijlen in stukken.

9. Laat hen verdwijnen, als een slak waar je zout op strooit. Laat hen sterven, als een te vroeg geboren kind.

10. Hij blaast hen weg, zoals doorntakken onder een pot worden weggeblazen door de wind. Hij blaast ze weg, zowel de groene als de dorre takken, vóórdat de pot op het vuur de hitte heeft kunnen voelen.

11. De mensen die leven zoals U het wil, zullen blij zijn als ze zien hoe U de slechte mensen straft: ze zullen door het bloed kunnen waden!

12. Ze zullen zeggen: "Er is dus tóch een beloning voor de mensen die leven zoals God het wil. Er is dus tóch een rechtvaardige God!"

»