Psalmen 66 EBV24
1. Voor de koorleider. Een lied. Een psalm. Barst uit in gejubel voor GOD, heel de aarde!
2. Zing psalmen voor de heerlijkheid van zijn Naam, verheerlijk Hem tot zijn lof.
3. Zeg tegen GOD: “Hoe ontzagwekkend zijn uw daden!” Om de grootheid van uw kracht zullen uw vijanden zich huichelend aan U onderwerpen.
4. Heel de aarde, ja zij zullen voor U neerknielen en psalmzingen, uw Naam zullen zij psalmzingen. Sela.
5. Kom en zie de daden van GOD. Ontzagwekkend is zijn handelen ten behoeve van de mensenkinderen.
6. Hij veranderde de zee in het droge. Te voet trokken zij door de rivier. Daar hebben wij ons in Hem verblijd.
7. Door zijn macht heerst Hij voor eeuwig. Zijn ogen waken over de volken. Laten de opstandigen zich niet verheffen. Sela.
8. Zegen onze GOD, o volken, laat het geluid van zijn lof weerklinken.
9. Hij die onze ziel het leven geeft, en niet toelaat dat onze voet wankelt.
10. Want U hebt ons beproefd, o GOD, U hebt ons gelouterd zoals men zilver loutert.
11. U had ons in het vangnet geleid, U had een zware last op onze lendenen gelegd.
12. U deed mensen over ons hoofd rijden, in vuur en in water waren wij terechtgekomen, maar U hebt ons ruimschoots uitgeleid.
13. Met brandoffers zal ik uw Huis binnengaan, aan U zal Ik mijn geloften nakomen,
14. wat mijn lippen geuit hebben, en mijn mond uitgesproken heeft, toen ik in het nauw zat.
15. Brandoffers van mestvee zal ik U offeren met geurige offers van rammen. Ik zal runderen met bokken bereiden. Sela.
16. Kom, luister, jullie allen die GOD vrezen, ik zal vertellen wat Hij aan mijn ziel heeft gedaan.
17. Mijn mond had Hem nog maar net aangeroepen of Hij werd al geprezen door mijn tong.
18. Had ik ongerechtigheid beoogd in mijn hart, dan zou mijn Heer niet hebben geluisterd.
19. Maar GOD heeft wel geluisterd, Hij heeft aandacht geschonken aan mijn gebed.
20. Gezegend zij GOD die mijn gebed niet afwees en zijn liefdevolle trouw mij niet onthield.