Psalmen 7 EBV24
1. Een lied van David in verschillende toonaarden, dat hij voor de HEERE gezongen heeft over de woorden van Kush, een Benjaminiet.
2. O HEERE, mijn GOD, bij U schuil ik! Red mij van al mijn vervolgers en doe mij ontkomen,
3. anders zal hij als een leeuw mijn ziel verslinden en mij verscheuren, terwijl er niemand is die mij doet ontkomen.
4. O HEERE, mijn GOD, als ik dat gedaan had, als er onrecht aan mijn handen kleefde,
5. als ik, wie in vrede met mij leefde, slecht behandeld had, - maar ik heb juist wie mij zonder reden benauwde laten gaan -
6. laat de vijand dan mijn ziel achtervolgen en mij inhalen, mijn leven op de grond vertrappen en mijn heerlijkheid in het stof doen wonen! Sela.
7. Sta op, o HEERE, in uw toorn, verhef U tegen de uitvallen van wie mij benauwen, ontwaak voor mij, U hebt het recht immers verordend.
8. De vergadering van de volkeren zal U omringen, keer daarna boven hen terug naar omhoog.
9. De HEERE zal de volken oordelen. Doe mij recht, HEERE, naar mijn gerechtigheid, naar mijn volmaaktheid die in mij is.
10. Maak toch een eind aan het kwaad van de boosdoeners, bevestig de rechtvaardige, U, die harten en nieren beproeft, o rechtvaardige GOD!
11. Mijn schild is bij GOD, de Redder van oprechten van hart.
12. GOD is een rechtvaardige rechter, God die iedere dag toornig is.
13. Als hij zich niet bekeert, zal Hij zijn zwaard scherpen, zijn boog spannen en die op hem richten.
14. Hij heeft dodelijke wapens voor hem klaargemaakt, Hij zal zijn pijlen tot brandende fakkels maken.
15. Zie, hij wordt door weeën van ongerechtigheid overvallen, hij is zwanger van het broeien op kwaad, hij zal leugen baren.
16. Hij heeft een kuil gegraven en die uitgespit, maar is zelf in de put gevallen die hij heeft gemaakt.
17. Zijn kwade plannen zullen op zijn hoofd terugkeren, zijn geweld zal op zijn schedel neerdalen.
18. Ik zal de HEERE danken om zijn gerechtigheid, psalmen zingen voor de Naam van de HEERE, de Allerhoogste.