Psalmen 98 NBG51
1. Een psalm. Zingt de Here een nieuw lied, want Hij heeft wonderen gedaan, zijn rechterhand en zijn heilige arm gaf Hem zege;
2. de Here heeft zijn heil bekendgemaakt, zijn gerechtigheid geopenbaard voor de ogen der volken;
3. Hij heeft gedacht aan zijn goedertierenheid en aan zijn trouw jegens het huis Israëls; alle einden der aarde hebben aanschouwd het heil van onze God.
4. Juicht de Here, gij ganse aarde, breekt uit in gejubel en psalmzingt.
5. Psalmzingt de Here met de citer, met de citer en met luide zang,
6. met trompetten en met bazuingeschal; juicht voor de Koning, de Here.
7. De zee bruise en haar volheid, de wereld en wie erin wonen;
8. dat de stromen in de handen klappen, de bergen tezamen jubelen
9. voor het aangezicht des Heren, want Hij komt om de aarde te richten; Hij zal de wereld richten in gerechtigheid en de volken in rechtmatigheid.