Logo
🔍

Zacharia 14 VB

«

1. "Zie, de Heer laat een dag komen waarop binnen jouw muren de buit wordt verdeeld die op jou is behaald.

2. Ik zal alle volken verzamelen voor de strijd tegen Jeruzalem. De stad zal worden ingenomen, de huizen geplunderd, de vrouwen verkracht. De helft van de stad zal in ballingschap gaan, maar wie er overblijven, zullen niet worden gedood.

3. Dan zal de Heer uittrekken om tegen die volken te strijden, zoals Hij vroeger deed, in de tijd van de veldslagen.

4. In die tijd zullen zijn voeten op de Olijfberg staan, die ten oosten van Jeruzalem ligt, en de Olijfberg zal in tweeën splijten, van oost naar west. Er zal een zeer grote vallei ontstaan. De ene helft van de berg zal naar het noorden wijken, de andere helft naar het zuiden.

5. Dan zullen jullie wegvluchten in die vallei tussen mijn bergen, want de vallei tussen de bergen zal tot aan Azal reiken. Jullie zullen vluchten zoals jullie gevlucht zijn voor de aardbeving tijdens de regering van koning Uzzia van Juda. Dan zal mijn Heer God komen, en alle heiligen met Hem.

6. In die tijd zal er geen licht van de hemellichten zijn, het is gestold.

7. Alleen aan de Heer is die ene, bepaalde dag bekend. Er zal geen verschil zijn tussen dag en nacht. Maar in de avond zal er licht zijn.

8. In die tijd zullen stromen van levend water uit Jeruzalem stromen, de ene helft naar de zee in het oosten, de andere helft naar de zee in het westen.#14:8 zie Eze 47:1-12 Zomer en winter zullen ze stromen.

9. En de Heer zal Koning van de hele aarde zijn. In die tijd zal de Heer de Enige zijn en zijn naam de enige.

10. Het hele land zal een vlakte worden, vanaf Geba tot aan Rimmon ten zuiden van Jeruzalem. En Jeruzalem zal hoog verheven liggen en op haar plaats gevestigd blijven, vanaf de Benjaminpoort tot aan de plek van de oude poort, de Hoekpoort, en vanaf de Hananeëltoren tot aan de druivenpersen van de koning.

Het oordeel over Jeruzalems vijanden

11. Men zal er weer gaan wonen en er zal nooit meer vernietiging over afgeroepen worden. Jeruzalem zal veilig wonen."

12. "En met deze plaag zal de Heer alle volken treffen die tegen Jeruzalem oorlogvoeren: terwijl ze nog op hun voeten staan, zal Hij hun vlees laten wegrotten, hun ogen zullen wegrotten in hun kassen en hun tong zal wegrotten in hun mond.

13. En in die tijd zal de Heer zo'n grote verwarring onder hen zaaien, dat ze elkaar aanvallen en met elkaar slaags raken.

14. Ook Juda zal in Jeruzalem strijden. De rijkdommen van de omringende volken zullen verzameld worden: grote hoeveelheden goud, zilver en kleding.

15. En de dieren zullen door dezelfde plaag worden getroffen als de volken: de paarden, muildieren, kamelen en ezels, alle dieren die zich in de legerkampen bevonden.

16. Allen die zijn overgebleven van de volken die tegen Jeruzalem ten strijde trokken, zullen elk jaar naar Jeruzalem komen om de Koning, de Heer van de hemellegers, te aanbidden en het Loofhuttenfeest te vieren.

17. Als een van de volken van de aarde niet naar Jeruzalem wil komen om de Koning, de Heer van de hemellegers, te aanbidden, dan zal er voor dat volk geen regen vallen.

18. En als de Egyptenaren niet naar Jeruzalem komen, zal er ook voor hen geen regen zijn – de straf waarmee de Heer de volken treft die niet het Loofhuttenfeest komen vieren.

19. Dit zal het vonnis zijn over Egypte en over alle volken die niet het Loofhuttenfeest komen vieren.

20. In die tijd zal er op de belletjes van de paarden staan: 'Heilig voor de Heer'. En de kookpotten in het huis van de Heer zullen even heilig zijn als de schalen bij het altaar.

21. Ja, alle kookpotten in Jeruzalem en in Juda zullen geheiligd zijn voor de Heer van de hemellegers. Zo kunnen allen die komen offeren ze gebruiken om hun offer in te bereiden. En in die tijd zal er in het huis van de Heer geen enkele handelaar#14:21 zie Jer 7:11 | Mat 21:12-13 meer zijn."